De wereldwijde reclame was er de oorzaak van dat de twee
zendamateurs, Bob en Bill over belangstelling niet te klagen
hadden. Maar VQ5GHE was NIET het basiskamp, terwijl dit
wel in de machtigingsvoorwaarden was aangegeven.
De zendmachtiging.
Een vergunning te krijgen om vanuit een gebied dat onder Brits bestuur viel, was niet makkelijk voor
Britten. En voor niet Britten al helemaal. Geen wonder dat de vergunning van heel hoog moest komen.
De Gatti Hallicrafters Expedition stond op de agenda van de Conference of East African Governors. Na
afloop van deze conferentie kreeg Gatti de machtiging thuisgestuurd.
De machtiging was op amateur basis conform de machtigingsvoorwaarden voor Britse onderdanen. Volgende
call's werden toegekend:
VQ5HGE Base Camp
Uganda
VQ3HGE Mobile
Tanganyika
VQ4EHG Mobile
Kenya
VQ5HEG Mobile
Uganda
Ook de frequenties en het toegestane vermogen waren gelijk aan die van andere Britse stations in Oost
Afrika.
1.8 - 2.0 mc
(power up to 10 watts)
7.0 - 7.3 mc
(power up to 150 watts)
14.0 - 14.4 mc
(power up to 150 watts)
28.0 - 30.0 mc
(power up to 150 watts)
58.5 - 60.0 mc
(power up to 25 watts)
Gatti had ook om de 80 en 15 meter band gevraagd, maar dit werd afgewezen, omdat de ander VQ's dit
ook niet mochten. Ook werd het niet toegestaan om extra frequenties te gebruiken om persberichten
door te geven. Die moesten gewoon via de 'Posts and telegraphs Department' verstuurd worden.
Tijdens de Gatti Hallicrafters Expeditie werd snel duidelijk dat VQ5GHE niet het basiskamp zou zijn.
VQ3HGE (Tanganyika) was de eerste call die geaktiveerd werd, daarna was VQ4EHG (Kenya) aan de
beurt. VQ5GHE (Uganda) en VQ5HEG (mobiele contacten) waren pas maanden later te horen op de
banden.
Operating.
Op 20 november 1947 had Bob nog een onderhoud met Bill Halligan in
Chicago, en had operatingtijden en frequenties afgesproken. Volgens
contract moest de Expeditie 6 uur per dag in de lucht zijn. Gelukkig
waren Bob en Bill vaak 8 uur per dag QRV (soms nog langer), meestal
van 13.00-15.00 GMT en van 16.00-21.00 GMT.
De voorgestelde frequenties waren 14,160 en 28,030 voor CW, en
28,375 en 14,380 voor AM. SSB moest nog uitgevonden worden.
Hallicrafters liet een brochure drukken welke pas werd verspreid toen
de Expeditie in volle gang was. De radiowagen "Shack on Wheels" was
uitgerust met een echte VFO, de HT-18, maar Bob kan zich niet herinneren dat hij de VFO heeft
gebruikt. De pile-ups waren er natuurlijk ook, dag in dag uit. De aanroepende stations waren overe de
HELE band verdeeld, haast iedereen maakte in 1948 gebruik van kristalgestuurde zenders. De zender
was een HT-4E, welke door zijn gewicht (250 kilo) nauwelijks te vervoeren was. De Hallicrafters
Modellen SX-42, SX-43 en S-38 ontvangers waren ook in de radiowagen ingebouwd. De antenne was
een 'pre-fabricatet' rhombic voor 40-20-10 meter. Deze antenne kon volgende de ingenieurs van
Hallicrafters, in 1 uur worden opgezet.
Ingenieurs van Hallicrafters maakten ook propagatie-voorspellingen, afgeleid van 'the Bureau of
Standards Data', zodat de Amerikanen konden zien wat de beste tijden waren om een QSO met een
van de VQ-kampen te maken. Ook de beamrichting vanuit Chicago werd
op de brochure weergegeven. Als positie voor de Shack on Wheels werd
gerekend met 2 graden Zuid en 30 graden Oost (ten zuidwesten van
Kigali-Rwanda), de plaats waar VQ5GHE (het beoogde basiskamp) in de
lucht zou komen.
Ingenieurs van Hallicrafters maakten ook propagatie-voorspellingen,
afgeleid van 'the Bureau of Standards Data', zodat de Amerikanen konden
zien wat de beste tijden waren om een QSO met een van de VQ-kampen
te maken. Ook de beamrichting vanuit Chicago werd op de brochure weergegeven. Als positie voor de
Shack on Wheels werd gerekend met 2 graden Zuid en 30 graden Oost (ten zuidwesten van Kigali-
Rwanda), de plaats waar VQ5GHE (het beoogde basiskamp) in de lucht zou komen.
De meeste AM QSO's werden door Bill (W0LHS) op 10 meter gemaakt, terwijl Bob (W6PBV) de CW
virtuoos was met zijn iambic paddle. Logs werden bijgehouden met de hand, de type-machine in de
shack werd enkel voor het typen van brieven en verslagen gebruikt. Regelmatig werd post van thuis
ontvangen, en tijdens de laatste maanden zaten daar ook QSL-kaarten bij.
De "Shack on Wheels" werd behangen met deze QSL-kaarten. Uitgaande QSL-kaarten werden beplakt
met een postzegel van 1 cent. Zelfs de postzegel werd afgestempeld met een speciale Gatti
Hallicrafters stempel, een souvernir voor de postzegelverzamelaar. Een soort van eerste-dag-van
uitgifte stempel, alleeen duurde de eerste dag ruim 6 maanden.
De logs werden allemaal naar Hallicrafters QSL manager W9TDF
opgestuurd. G4UZN, Tony leverde bovenstaande QSL kaart, voorzien
van de Expeditiestempel. De datum van de stempel is 15 juli 1948, het
QSO was met G8QZ op 4 april 1948 om 28.016 Mc, CW.
Bob bouwde ook een dubble Zepp antenne special voor de Aziaten. Het
aantal QSO’s met Azië ging met sprongen omhoog toen deze antenne
werd gebruikt. Het was wel noodzakelijk de antenne goed af te sluiten
op de juiste plaats. Bob gebruikte daarvoor een neon lamp. De
afrikaanse hulpdiensten beschoude dit afstem mechanisme als tovernarij.
©PA0ABM
De eerste Grand HAM DXpeditie 1947-1948
Operating